Gisteren liet minister Wouter Bos weten dat de IJslandse overheid zijn verantwoordelijkheid neemt en de Nederlandse spaarder tot 20.800 euro tegemoet zal komen. Voor de gemeente Asten is hun probleem daarmee echter nog niet opgelost.
Internetspaarbank Icesave heeft bij het betreden van de Nederlandse markt afspraken gemaakt met De Nederlandse Bank (DNB). Een van de afspraken was dat de IJslandse overheid garant zou staan voor de eerste 20.800 euro spaargeld indien de internetbank failliet zou gaan. Zo'n vijf maanden nadat de bank in Nederland actief werd, is het ook daadwerkelijk tot problemen gekomen. Aanvankelijk wilde de IJslandse overheid zijn verplichting richting de Nederlandse spaarder niet inlossen, maar volgens Bos is dit nu inmiddels wel het geval.
Wel moet Nederland het geld eerst lenen aan IJsland, want het land zelf verkeert ook op het randje van een faillissement en is niet in staat om te voldoen aan zijn verplichtingen. Reden voor IJsland om toch de eerste 20.000 euro te betalen is dat het land anders zou verworden tot een onbetrouwbare partner en dit zou het land de komende decennia nog achtervolgen. Vertrouwen komt te voet en gaat te paard.
Daar de meeste spaarders minder dan 20.000 euro op hun internetrekening bij Icesave hadden gestald, betekent dit dat de IJslandse overheid het meeste van 1,5 miljard euro aan tegoeden zal vergoeden. Het overige zal worden opgehoest door Nederland. Slechts rekeninghouders met meer dan 100.000 euro op de rekening zullen een stuk verlies moeten nemen. Een van de gedupeerden is de gemeente Asten die ervoor koos om een miljoen euro bij Icesave te stallen in plaats van bij de Bank Nederlandse Gemeentes (BNG).
Lees ook:Bos voert druk op IJslandse overheid op
Lees ook:IJsland wil garantie van Nederland
Lees ook:Nederland financiert schuld Icesave voor
Lees ook:Nog meer problemen in IJsland
Lees ook:Internetbank Icesave in de problemen door nationalisatie IJslandse bankensector?